De Rijksoverheid deelt steeds meer en vaker open data op internet. President Saskia Stuiveling van de Algemene Rekenkamer geeft aan dat er sprake is van een opmars. Tegelijkertijd is er ook flinke kritiek op de toegankelijkheid en de diversiteit in de data.
Belang van open data
De Rekenkamer ziet de toekomst van open data rooskleurig tegemoet, zo valt te lezen in het Trendrapport open data 2015. ‘Open data maken de overheid transparanter en toegankelijker voor burgers en professionals en geven de overheid zelf meer inzicht in zijn prestaties. Open data dienen ook een economisch belang: rondom open data ontstaan meer banen en de omzet van de bedrijven die de data gebruiken neemt toe.’ Volgens de Rekenkamer zijn de voordelen ervan groot en de kosten laag. ‘Het kabinet kan nog veel meer gegevens als open data aanbieden dan op dit moment het geval is. Dat blijkt uit internationale voorbeelden van terreinen waarop meer informatie als open data gepubliceerd kan worden, zoals de zorg, voedselveiligheid maar ook de handelsregisterdata.’
Open data internationaal
In het rapport wordt geconcludeerd dat Nederland goed scoort in internationale tellingen over het aanbod van open data. ‘Mede naar aanleiding van ons eerste Trendrapport open data coördineert het Ministerie van BZK momenteel een rijksbrede dataset-inventarisatie. Uit die inventarisatie wordt voorjaar 2015 duidelijker over welke data (open en gesloten) de overheid beschikt. Dit is een belangrijke stap, omdat daarmee beter kan worden bepaald welke open data beschikbaar kunnen worden. Hiermee volgt Nederland de goede voorbeelden van het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten. Deze landen ontsluiten via nationale dataportalen open data en bieden inzicht in welke data gesloten zijn. Dat past bij een open en transparante overheid.’
Voor het volledige artikel in Binnenlandsbestuur Digitaal klik hier