Inloggen Geen profiel? Registreer hier.

Agendapunt 9 – Principes Digitale Samenleving

13/11/2019

Dit agendapunt sluit aan bij de veranderende omgeving waarin er steeds meer sensoren worden gebruikt in de openbare ruimte. Want de openbare ruimte digitaliseert. Er wordt steeds meer data verzameld en gebruikt. Door gemeenten zelf maar ook door andere partijen zoals bedrijven of kennisinstanties. Dataverzameling en -gebruik in de openbare ruimte levert allerlei dilemma’s op over wat kan en juridisch mag, maar ook wat we ethisch acceptabel vinden. In hoeverre mogen gemeenten mijn gedrag aansturen op straat, wanneer ik dit niet weet? Wie is de ‘eigenaar’ van data verzameld in de openbare ruimte? Gemeenten (onder anderen) hebben de taak om te zorgen voor een toegankelijke en veilige fysieke openbare ruimte. Dit geldt ook voor de toegankelijkheid en veiligheid van de digitale openbare ruimte. 

Begin dit jaar heeft de Commissie Informatiesamenleving de VNG geadviseerd een werkgroep van gemeenten op te richten om op dit onderwerp tot gezamenlijke principes te komen. Uitgangspunt hierbij was de (rechts-)positie van bewoners in onze democratie en maatschappij. De principes moeten hierbij helpen om digitalisering in te zetten voor maatschappelijke opgaven, bijvoorbeeld door innovatie in het gebruik van ons wegennet makkelijk te maken. Tegelijkertijd moeten de principes publieke waarden van bewoners borgen, zoals het recht op privacy. Of inzicht geven in wat er allemaal met hun data gebeurt. Zo dragen de principes bij aan groter vertrouwen in de overheid. De werkgroep ‘Principes voor de digitale samenleving’ heeft op basis van de principes van Eindhoven en Amsterdam een set van gezamenlijke principes voor digitalisering van de openbare ruimte opgeleverd waar alle gemeenten zich achter kunnen scharen.

De onderstaande principes worden voorgesteld.

 

  1. Van maatschappelijke waarde.
    Dataverzameling in de openbare ruimte en het gebruik van die data mag publieke waarden niet schaden. Initiatieven staan zoveel mogelijk ten dienste van het maatschappelijk belang en dragen bij aan de leefbaarheid. Gemeenten stimuleren andere partijen om dit voorop te stellen.
  2. Rechten over data geregeld.
    Data is open, inzichtelijk en gedeeld, tenzij wet- en regelgeving, veiligheidsrisico’s of beschikkingsrechten op de data dit beperken. Een individu heeft beschikkingsrecht op data over hem of haar en beslist of dit gedeeld mag worden met anderen en wat er verder mee gebeurt, tenzij wet- en regelgeving dit beperken
  3. Toegankelijke en veilige digitale infrastructuur.
    De digitale infrastructuur voor dataverzameling en -(her)gebruik is voor iedereen goed beschikbaar en toegankelijk. De gebruikte technologie is veilig, inzichtelijk, koppelbaar en kent "open interfaces", "open protocollen”. Zij is ingericht conform wet- en regelgeving rond privacy en security en maakt gebruik van (open) standaarden.
  4. Partijen verbonden.
    Marktpartijen, instellingen, overheden en inwoners werken samen waar dat voor hen wenselijk, respectievelijk nodig is. Zij zijn allen leveranciers en/of gebruikers van netwerkvoorzieningen, de apparatuur, de connectiviteit en de ‘slimme’ diensten. Gemeenten regisseren en reguleren waar nodig en mogelijk, het gebruik, de toegang, de inrichting, beschikbaarheid en de veiligheid van de digitale infrastructuur.
  5. Transparantie centraal.
    Marktpartijen, instellingen, overheden en inwoners zijn zoveel mogelijk transparant over apparatuur en technologie in de openbare ruimte. Gemeenten stimuleren hen om dit te doen.

Deze Principes zijn het gemeenschappelijk kader en de gedeelde ambitie voor gemeenten voor de digitalisering van de openbare ruimte. Zij geven hiermee richting aan beleid en uitvoering, zoals toekomstige generieke productontwikkeling in Samen Organiseren. En stimuleren één gemeentelijke stem en gelijke spelregels naar innovatief bedrijfsleven. Dat levert duidelijkheid en transparantie op voor bedrijven, waarmee innovatie, samenwerking en hergebruik van data wordt gestimuleerd. Deze Principes vormen ook één basis van waaruit de VNG samen met gemeenten ondersteunende instrumenten voor de praktijk kan ontwikkelen. Tot slot hebben we met de Principes ook één stem vanuit Nederlandse lokale overheden op Europees niveau, waar dit ook een belangrijk thema is.